|
|
Geloof kan binnen een relatie een positieve en een negatieve rol spelen.
Beide partners kunnen aan de ene kant kracht en vertrouwen uit hun geloof halen, maar aan de andere kant kunnen meningsverschillen over geloof ook de relatie op het spel zetten. |
|
Innerlijke voldoening |
Sommige mensen halen een innerlijke voldoening uit hun geloof.
Wanneer u zich lichamelijk en geestelijk goed voelt, dan straalt u dat ook uit.
Deze positieve energie komt vaak ten goede aan uw relatie.
Online relatiebureau eDarling komt echter tot de conclusie dat het positieve effect van gelovig zijn, afhangt van het land waar iemand woont. |
|
De eDarling dataset bestaat uit meer dan 200.000 leden (47% vrouwelijk) uit 11 Europese landen.
Wat bleek? In landen waar gelovigen worden gewaardeerd en geloof een belangrijke rol in de samenleving speelt, bijvoorbeeld Polen en Turkije, blijken religieuze personen een hoger gevoel van eigenwaarde te hebben en zij voelen zich mentaal sterker dan niet-gelovigen.
In landen waar het geloof een minder prominente plaats in de samenleving inneemt, bijvoorbeeld Zweden, Duitsland, Frankrijk en Nederland, bestaat er wat betreft psychologisch welbevinden en gevoel van eigenwaarde weinig verschil tussen gelovigen en niet-gelovigen. (zie afbeelding 1, lees hier het volledige onderzoek).
| |
 |
|
S=Zweden; G=Duitsland, F=Frankrijk, N=Nederland, C=Zwitserland, A=Oostenrijk, I=Italië, E=Spanje, R=Rusland, P=Polen, T=Turkije |
|
Met andere woorden, de positieve associaties tussen religie en geestelijke gezondheid lijkt volgens het onderzoek van eDarling afhankelijk van de betekenis van religie in een bepaald land.
Aangezien religiositeit veelal daalt in de meeste Europese landen, lijkt het waarschijnlijk dat de voordelen van religiositeit voor de geestelijke gezondheid in de toekomst niet meer zo duidelijk aanwezig zijn. |
|
Beide partners hebben een andere geloofsovertuiging. |
|
Binnen een relatie kan het ook voor moeilijkheden zorgen wanneer beide partners een andere geloofsovertuiging hebben, of als één van de partners niet religieus is maar de ander wel.
Het spreekwoord 'twee geloven op een kussen, daar slaapt de duivel tussen', zou niet moeten gelden.
Helaas kan een verschillende geloof of het hebben van verschillende standpunten over geloof een gelukkig relatie toch nog vaak in de weg staan. |
|
Probeer echter een meningsverschil over geloof niet tussen u en uw partner te laten komen.
Binnen een relatie dient u over alles te kunnen praten, ook over religie.
Geloof kan een belangrijke rol in uw leven spelen en daarom dienen u en uw partner over het onderwerp te kunnen praten.
Daarbij is het niet noodzakelijk dat u er hetzelfde over denkt, maar wel dat u naar elkaar luistert zonder dat er heftige discussies ontstaan.
Daarbij kunt u naar oplossingen zoeken, waarbij uw elkaars levenswijze respecteert. |
|
Het valt niet te ontkennen dat geloof in een relatie een heikel thema kan zijn, zeker wanneer het om bijvoorbeeld trouwen of het opvoeden van de kinderen gaat.
De praktijk laat gelukkig genoeg voorbeelden zijn van stellen die door met elkaar te praten, er in slagen een succesvolle relatie te hebben. |
|
Heeft u nog geen vaste partner en heeft u toch graag de voorkeur voor iemand die wat betreft religie dezelfde standpunten heeft als u?
Bij een online relatiebureau is het ook mogelijk om aan te geven welk geloof u aanhangt, en welke geloofsovertuiging u van uw potentiële partner verwacht.
Op die manier is de kans groter dat u een partner ontmoet, die goed bij u past. |
|
Gebauer, J. E., Sedikides, C., & Neberich, W. (2011). Religiosity, social self-esteem, and psychological adjustment: On the cross-cultural specificity of the psychological benefits of religiosity.
Paper accepted for publication in Psychological Science. |
|
Sedikides, C. (2010). Why does religiosity persist? Personality and Social Psychology Review, 14, 3-6. |
|
Sedikides, C., & Gebauer, J. E. (2010). Religiosity as self-enhancement: A meta-analysis of the relation between socially desirable responding and religiosity.
Personality and Social Psychology Review, 14, 17-36. |
|
|
|
|
|